Met de camper op golfvakantie

ZUID-ENGELAND/ZALTBOMMEL – Wat is er nu mooier dan met een camper door een land heen trekken, terwijl je onderweg regelmatig een golfbaan aan doet? Volgens Anton Kuijntjes en zijn vriendin niets. Waarom? Dat lees je in dit reisverslag van hun golftrip door Zuid-Engeland.

Eigenlijk kom je hier in Engeland maar één ding meer tegen dan golfbanen. Dan heb ik het over rotondes. Ongelofelijk. Ze blijven maar komen. Toegegeven, het kan zijn dat ze zo opvallen omdat het de enige plaatsen in het verkeer zijn waar je het links rijden echt gewaar wordt. Terwijl je de camper al wat met de neus naar links moet oplijnen moet je aan je rechterkant kijken of er ander verkeer aankomt. En juist dat zou net wat handiger zijn wanneer je als bestuurder aan de andere kant zou zitten.

Gelukkig ben ik niet alleen, maar ontpopt mijn vriendin zich gedurende de trip als een volleerd bijrijder. We zijn met onze camper op golfvakantie naar Zuid-Engeland.

Terug naar die golfbanen. Die zijn werkelijk overal. Iedereen kent natuurlijk de beroemde banen die je regelmatig voorbij ziet komen, maar ons lijkt het nu zo leuk om juist wat onontdekte pareltjes te vinden. Banen waar je nog met een gerust hart een greenfee kunt afrekenen, maar die je wel die typisch Britse kwaliteit van banen geeft en ook niet geheel onbelangrijk: de enorme gastvrijheid van deze mensen.

Op dinsdag maken we de oversteek met de ferry van Calais naar Dover. De krijtwitte rotsen – wie kent ze niet van de plaatjes - zijn van dichtbij nog prachtiger. Op 12 mijl van de boot vandaan vinden we onze eerste camping. Bovenaan een straatje in een schattige woonwijk aan de kust zou een camping moeten zitten, maar we zien even zo snel niet waar dan precies. Een man ziet ons besluiteloos staan en komt aangesneld en vraagt of hij misschien kan helpen.

'Je moet dit smalle weggetje in (er staat een bord dat het verboden is voor caravans, vandaar dat we het zelf niet als een echte optie zagen voor een mogelijke toegangsweg naar een camping),  helemaal doorrijden tot beneden, onderweg kom je cowboy Pete tegen, die woont daar in een caravan', legt hij uit. Volgens hem is de camping de mooiste plaats op aarde. 'Ik kwam er jarenlang en werd zo verliefd op dit plekje dat ik hier een huis heb gekocht '. Vol vertrouwen duiken we naar beneden. Zijn beschrijving klopt exact en op de camping aangekomen kunnen we ons iets voorstellen bij zijn beoordeling. Zo'n dertig plaatsen telt de camping. En vijftien meter onder ons rollen de golfen onophoudelijk het kleine strandje op. Veel dichter op de zee kun je niet zitten. De zeer vriendelijke Alan rijdt ons op zijn fiets voor richting onze pitch. Met uitzicht op zee!

Dat we meteen weer rechtsomkeer maken om op te zoek te gaan naar de eerste golfbaan hindert niet. Tot elf uur mogen we de camping op rijden. Het wordt Sene Valley Golf Club in Folkstone. Vlakbij. De voorzitter heet ons van harte welkom, stelt ons voor aan de manager en die nodigt ons op zijn beurt meteen uit om te blijven slapen. Camperaars zijn van harte welkom, mogen gratis op de parkeerplaats verblijven en kunnen gebruik maken van de kleedkamergelegenheden. Plannen zijn er om elektriciteit aan te leggen. Daar moeten ze toch aan, zegt hij, want de buggy's rijden nog op petrol en die wil hij ook graag vervangen. Ze zijn wel lekker snel en sterk door het heuvelachtige landschap.

Op menig hole laten we eerst het fenomenale uitzicht even op ons inwerken. De zee is vlakbij en de wind dus ook. Maar gek genoeg lijkt de baan daar op gebouwd en met wat strategische keuzes zo her en der is het een prachtige uitdaging op de goed gemanicuurde golfbaan. Ontworpen overigens door drievoudig The Open Champion (1934, 1937 en 1948), Henry Cotton.

De volgende dag reizen we langs de kust – navigatie op standje ‘snelwegen ontwijken’ - via de meest prachtige plaatsen, zoals Rye en Brighton. De camping waar we naar toe onderweg zijn heet Dapplewood. Het is een camping van zes plaatsen bij een alleraardigste dame in de achtertuin. Nou ja, achtertuin is niet helemaal zoals je het enorme landgoed met een privé bos kunt noemen. Een mooie wandeling over een bospad brengt je achterop het perceel waar twee bankjes staan om van de fenomenale zonsondergang te genieten met een korenveld voor je op een helling waar veel dieren te zien zijn.

Onderweg doen we wat boodschappen in een kleine kruidenierszaak. Een gesprekje met de eigenaar leert dat de mannen in zijn dorp niet geïnteresseerd zijn in sportliteratuur, maar de lokale vrouwen dat eens te meer compenseren door hem in no-time van de roddelbladen af te helpen. Er is geen sportblad te vinden.

De volgende dag wacht Isle of Purbeck. Alleen al de route er naar toe is adembenemend mooi. Deze golfbaan ligt in de op een na grootste natuurlijke harbour ter wereld en is met recht fantastisch te noemen. Geweldige vergezichten, brede fairways, blinde teeshots, moeilijk gelegen greens, met name op de par-drie's, maar alles van een uitmuntende kwaliteit. Deze baan moet je echt een keer gespeeld hebben.

Echt gebeurd: In de jaren ’80 werd er op de Britse televisie aan een panel van bekende wereldreizigers gevraagd naar het mooiste uitzicht ter wereld. De antwoorden varieerden van de ingang van Rio de Janeiro haar haven tot de achtergrond van Kathmandu in het Himalaya-gebergte en inderdaad, ook ‘het uitzicht op de tee van hole 5 op Isle of Purbeck’ stond daar tussen.

Het klopt. U vindt hier geen foto van die tee. Het zou heiligschennis zijn. Zo mooi als dat het daadwerkelijk is kunnen we nooit vastleggen met onze beperkte apparatuur. En dat uitzicht houd ik graag nog even geheim, totdat u zelf op de teebox komt.

Die avond slapen we op camping Corfe Castle Camping in Corfe Castle waar de eigenaar ons verteld dat het vooral iets is van Nederlanders en Duitsers, dat niet reserveren. 'Blijkbaar vinden ze het niet erg als ze er een keer naast grijpen,' grapt hij. En waarschijnlijk is dat ook zo.

We gaan weer golfen. Dit keer trekken we wat hoger Engeland in. Met 1839 golfbanen kun je in Engeland altijd wel ergens terecht. We kiezen voor Alresford Golf Club (sinds 1890) in het gelijknamige plaatsje. Een fijne, relatief korte baan met vijf par drieën (69 voor de heren, 71 voor de dames). Reserveren is niet nodig en men beweert eigenlijk nooit ongepland gesloten te zijn door de uitstekende drainage op het krijten downland. In de winter wordt de club dan ook veel bezocht door golfers uit de omgeving.

Na een ontmoeting met het Nederlandse lid Tineke (die nog een huisje in de Achterhoek heeft waar ze af en toe komt) vertrekken we langzaamaan weer richting de oostkust. We slapen op boerderijcamping NN in NN waar caravans en campers in een rij staan opgesteld in een weiland. De beheerder is eigenlijk IT-consultant en doet dit erbij. Alles is overigens keurig op orde, mocht u hier andere conclusies uit menen te moeten trekken.

Onze laatste stop is de golfbaan Broomepark. Toegegeven, we vallen vooral voor het prachtige kasteel inclusief de kasteeltuin die de green van hole 18 in zich herbergt. Jammer genoeg hebben ze tussen het kasteel en de kasteeltuin een parkeerplaats aangelegd, waardoor het uitzicht toch een beetje verpest wordt door zo´n veertig auto´s. Ook bijzonder op deze baan is dat twee holes grenzen aan een grote tuin van een crematorium. En het blijft speciaal om te balen van een afslag die wat links vertrekt, terwijl vijftien meter verderop twee jonge ouders staan te huilen bij het ´graf´ van hun gestorven kind. Intrigerend. Laten we het daar maar op houden. De baan zelf heeft hele mooie hoogteverschillen, maar ook wat eenvoudige holes met een recht toe, recht aan lay-out.

Als we die avond inchecken op onze laatste camping (Canterbury) voor we weer terugvaren naar het vasteland blijkt aan de overkant de gelijknamige golfbaan te zitten. De verleiding om nog snel even te spelen voor we de volgende dag op de boot gaan is groot, maar we laten het er toch maar bij. Het is mooi geweest. We hebben een fantastische reis achter de rug, heerlijk gespeeld, lieve en leuke mensen ontmoet én weten heel zeker: dit was zeker niet onze laatste keer.

Search